Amsterdam, 1715 – Den Haag, 1788
Als dochter van de beroemde Amsterdamse rabbijn Arye Leib Löwenstam, groeit Dina op in de schaduw van haar vermaarde grootvader Chacham Tzvi. Zij erft diens wijsheid en karakter en wordt een erudiete vrouw, deugdzaam, wijs en karaktervast.
De geleerde reiziger Chacham David Azoelai, vaak op bezoek in Den Haag, vertelt hoe Dina op Joods gebied veel kennis had vergaard en prachtige Hebreeuwse gedichten maakte. Die zijn helaas nooit teruggevonden.
De broer van Dina’s moeder, rabbi Jacob Emden, prijst zijn zus om haar karakter, bescheidenheid en vroomheid.
Broer van Dina was de beroemde rabbijn Shaul Löwenstam, auteur van de Binyan Ariel, een boek met Tora interpretatie en andere religieuze teksten.
Een andere broer, Tzvi Hirsch Berliner, werd rabbijn in Berlijn.
Dina ligt begraven naast haar echtgenoot Saul Halevi. Haar grafsteen werd in de loop der tijd zodanig door boomwortels ontzet dat tijdens de restauratie in 1988 werd besloten enkele stenen uit de ernaast gelegen rij op te schuiven, zodat haar steen weer op zijn oorspronkelijke plek geplaatst kon worden.
Op haar steen staat P.T. = po tamoen = hier ligt verborgen. Aan het voeteind staat een vergelijkbare tekst als bij een man die begraven wordt: T.N.Ts.B.H. = Tehi nafsja tseroera bitsror hachajiem = Moge haar ziel gebonden worden in de bundel des levens.
Ook Arje (=leeuw) Leib Halevi ligt hier begraven. Deze zoon van de Amsterdamse opperrabbijn Saul Amsterdammer overleed tijdens een bezoek aan zijn tante Dina.
Het echtpaar Halevi bleef kinderloos.
Bronnen:
- Binyan Shaul Foundation in Jerusalem
- Binyan shaoel, website
- Gids van Joods erfgoed; Stoutenbeek en Vigeveno
- Gebundeld Erfgoed: Creveld
- De Joodse begraafplaats aan de Scheveningseweg, Püttmann e.a.
- Memorboek, Mozes Heiman Gans